Met de Competentiemonitor bouwen scholen een gedetailleerd beeld op van de mate waarin cruciale competenties worden beheerst. Per functie kan een eigen competentieprofiel worden opgesteld. Dit profiel bestaat uit de competenties, en per competentie de gedragsindicatoren waaruit blijkt dat die competentie wordt beheerst.
Gedragsindicatoren voor een genuanceerd beeld
Gedragsindicatoren geven een heel duidelijk beeld van een competentie. Bij grote hoeveelheden gedragsindicatoren kan het invullen van een competentieprofiel echter veel tijd vergen. Tegenover het gedetailleerde beeld dat wordt opgebouwd staat dus ook een forse inspanning.
Feedbackstellingen ipv gedragsindicatoren
Om deze inspanning te verminderen bood de Competentiemonitor al de mogelijkheid om het scoren op de gedragsindicatoren te vervangen door het scoren op feedbackstellingen. Door feedbackstellingen in te zetten ontstaan kortere vragenlijsten.
Competenties ipv feedbackstellingen
In release 2.2.3 van de Competentiemonitor is het nu ook mogelijk om direct te scoren op de competenties zelf. Voor een gefundeerd oordeel kunnen de gedragsindicatoren bij een competentie nog steeds worden geraadpleegd. De score op een competentie wordt echter niet meer afgeleid uit de scores op gedragsindicatoren of feedbackstellingen, maar kan direct worden ingegeven. Hierdoor ontstaan dus nog kortere vragenlijsten dan bij feedbackstellingen.
Volledig schoolspecifieke inrichting
Welke scoringsmogelijkheid wordt ingezet kan per instrument worden bepaald. Er kan dus bijvoorbeeld voor worden gekozen om de zelf-evaluatie te baseren op het uitgebreide competentieprofiel met gedragsindicatoren, de collega's te vragen om te scoren op de competenties zelf, en de leidinggevende om feedbackstellingen te gebruiken. Scholen zijn volledig vrij in deze keuze en bepalen zelf hoe gedetailleerd de vragenlijsten zijn die worden rondgezonden.